Een 132-jarige geschiedenis!
De ROYAL RACING CLUB DE BRUXELLES (RRCB) kan worden omschreven als een baanbrekende club voor atletiek en sport in België. Ze werd in 1891 opgericht op de hoogten van het Koekelbergplateau door een groep sportvrienden en was een van de stichtende clubs van de Ligue Royale Belge d’Athlétisme (LRBA) in 1912. In 1903 werden de activiteiten, die op een gegeven moment ook voetbal en wielrennen omvatten, verplaatst naar Vivier d’Oie in Ukkel. Vanaf de allereerste atletiekkampioenschappen kon de RRCB bogen op een aantal Belgische kampioenen en recordhouders, waaronder Jean Konings, die in 1908 deelnam aan de Olympische Spelen in Londen op de 100 meter. Racing kreeg echter steeds meer concurrentie van nieuwe clubs in de hoofdstad (Union Saint Gilloise, Daring, Excelsior) en Antwerpen (Beerschot, Antwerpen) in de jaren ’20 en ’30, en het duurde tot het einde van de jaren ’30 voordat het nieuwe hoogten bereikte, vooral dankzij Louis Van Hoof (die later voorzitter werd) en Julien Diamant. De echte ‘gouden eeuw’ van de RRCB lag tussen 1947 (het jaar waarin de interclubs werden opgericht) en het einde van de jaren ’50, een periode waarin onze club nationale titels verzamelde in zowel interclub als individuele evenementen. De namen van opmerkelijke kampioenen als Bourgaux, Brancart, Schwartz, Delelienne, Denis, Dayer, Verhas en Van Zeune, en vooral Roger Moens, de parel aan de kroon van de RRCB, zullen nog lang in het geheugen gegrift blijven. Hij werd wereldrecordhouder op de 800m in Oslo in 1955 (1.45.7 op cendrée!) en, ondertussen overgestapt naar Vlierzele, werd2e op de 800m op de Olympische Spelen in Rome in 1960. Na de verhuizing naar het gerenoveerde Stade des Trois Tilleuls in 1953 bleef de RRCB grote successen boeken dankzij atleten als Jacques Pennewaert en Henri Clerckx, die beiden Olympisch finalist waren. Na een saaie periode in de jaren 65/70 kende de RRCB opnieuw succes, vooral dankzij Anne-Marie Pira, meervoudig recordhoudster en Belgisch kampioen, wijlen Jean-Pierre Borlée, zijn broer Jacques en verschillende andere Belgische kampioenen. Deze opleving werd in 1977 bekroond met een3e plaats in de interclubs bij de mannen. Sindsdien hebben zowel de mannen- als de vrouwensectie, die in de tweede helft van de jaren 1970 werden opgericht, het echter moeilijk gehad om de gloriedagen van weleer te heroveren. Naarmate het aantal clubs toenam, nam ook de concurrentie toe. Het werd moeilijker om jongeren te werven, vooral door het groeiende sportaanbod voor de jongere generatie en de ontwikkeling van recreatieve sporten. Toch beleefde de club aan het begin van deze eeuw een opleving met de komst van atleten van de jeugdschool. Als gevolg daarvan kan de club bogen op een aantal nationale titels die door deze atleten zijn gewonnen, waaronder een Europese juniorentitel in 2009 voor Anne Zagré. In 1986 werd een sectie langeafstandslopen opgericht, de ‘Groupe Allure Libre’(RCB-GAL), in 2000 gevolgd door een sectie triatlon, de RCBT. De RRCB is realistisch in zijn ambities en blijft ervan overtuigd dat het een aantrekkelijke fysieke en mentale ontwikkelingsactiviteit kan blijven bieden voor de jongste leden, evenals ondersteuning op hoog niveau voor meer ambitieuze atleten. Het allerbeste voor de Royal Racing Club de Bruxelles van de 21ste eeuw!